 |
Tunnel des Tuileries, Paris |
Al
jaren fiets ik bijna altijd alleen. Dat heeft zo z’n voordelen: vrijheid, rust,
eigen tempo. Maar dit jaar is het anders. Enkele keren had ik het gezelschap van
Mohannad, een Syriër, die ik leerde kennen bij Babbelonië, een praatgroep van
anderstaligen en Nederlandstaligen. De voorbije maanden fietsten we naar
Brussel, Brugge en Gent. Waarom dan niet eens naar Parijs? Een grotere
uitdaging dan een daguitstap. Het proberen waard. Precies twintig jaar geleden maakte
ik de tocht al eens, samen met Joris. We volgden toen het gidsboekje Fietsen naar Parijs van Benjaminse. Vijf
dagen en een afwisselend pittig parcours: Leuven, Namen, Mariembourg, Laon,
Pierrefond, Abbaye de Chaalis en langs het Canal de l’Ourcq tot in hartje
Parijs. De route overdoen is een optie, een korter en vlakker traject een betere
keuze. Het mag fysiek niet te zwaar zijn. Voor Mohannad wordt het zijn eerste meerdaagse
fietstocht. Google Maps stelt een alternatief voor: Zottegem, Ath,
Valenciennes, Cambrai, Péronne, Noyon, Compiègne, Senlis en Parijs. Ik zoom in
en zie bekende waterwegen opduiken: de Dender, de Schelde, het Canal du Nord, de
Somme, de Oise en opnieuw het Canal de l’Ourcq. Dat ziet er veelbelovend uit. Meer
voorbereiding heeft de reis niet gekost. Onze eerste overnachting is geboekt in
Valenciennes en de weersvoorspellingen zijn gunstig. We vertrekken!
27/07/2025: Zottegem – Wijnhuize – Ophasselt –
Schendelbeke – Geraardsbergen – Lessines – Ath – Bernissart – Condé-sur-l’Escaut
– Valenciennes. (langs de
Dender van Schendelbeke tot Ath, langs
het Canal Ath-Blaton tot voorbij
Stambruges, langs de gekanaliseerde Schelde
van Condé-sur-l’Escaut tot
Valenciennes.)
We hebben voorlopig
geen GPS nodig. Ik ken de route tot Stambruges. We zijn nog maar net vertrokken
en hebben al een eerste ontmoeting: op de Pijpketel wil Denise net op haar
fiets stappen wanneer we bij haar aankomen. Een buurman maakt een foto van ons
drietjes: de eerste van de reis. Denise is 88 en doet bijna dagelijks
boodschappen met de fiets. Een voorbeeld voor de jeugd! Vroeger maakte ze
grotere tochten met haar koersfiets. Ik ken haar al vele jaren en breng bijna
wekelijks karnemelk en yoghurt van de Speiboerderij. Volgende vrijdag niet,
want we fietsen naar Parijs. Ze kan het nauwelijks geloven. Ik beloof haar na
de reis een bewijs te bezorgen. We rijden langs het kerkje van Wijnhuize,
beklimmen de Gapenberg in Ophasselt, passeren het Moenebroek en de kerk van
Schendelbeke. Via Nederboelare, Geraardsbergen, Overboelare, Deux-Acren en
Lessines volgen we de Dender tot Ath, waar we op de markt een langere pauze
nemen. We vervolgen onze route langs het Canal
Ath-Blaton (Kanaal Blaton-Aat
- Wikipedia) tot voorbij Stambruges. We verlaten het kanaal
aan de Rue de Condé en nemen de RaVel-Ligne-78A over het Canal Nimy-Blaton-Péronnes
(Kanaal
Nimy-Blaton-Péronnes - Wikipedia) tot Bernissart. In dit
voormalig mijnwerkersdorpje worden we verwelkomd door de Iguanodon van Bernissart, (Iguanodon
bernissartensis-beenderlagen - Wikipedia , De
Iguanodons van Bernissart in een oogopslag | Instituut voor Natuurwetenschappen), een kopie van één
van de tientallen dinosauriërs die hier
in 1878 op een diepte van ruim 300 meter in de Sint-Barbaramijn werden opgegraven.
Het Musée de l’Iguanodon (Musée
de l'Iguanodon) vertelt het verhaal van de opgravingen en toont
naast de Iguanodon ook mineralen en fossielen. Het bezoek was de omweg zeker
waard, al blijft het bij een korte kennismaking die misschien de aanzet geeft tot
een grondiger studie. We passeren ongemerkt de Belgisch-Franse grens en fietsen
door het landelijk gebied tot een tientallen meters hoge schachtbok van Fosse Ledoux opduikt, een herinnering aan
het mijnverleden van de streek, (Fosse Ledoux —
Wikipédia). Van 1905 tot 1989 werd hier steenkool
ontgonnen tot op een diepte van 820 meter. Langs het verzakkingsmeer Étang Chabaud-Latour (Étang
de Chabaud-Latour — Wikipédia) fietsen we richting
Condé-sur-l’Escaut. We hebben 70 kilometer op de teller en moeten er zeker nog
15 doen. Het is zwaarbewolkt en bijna 17h. Genoeg redenen om ons bezoek aan het
stadje kort te houden. We passeren het Château
de Nicolas d’Avesnes, dat eerder op een stadspoort lijkt, de naburige Moulin de Croy, en op de Place Verte het Château de Bailleul en de Église
Saint-Wasnon. Ten zuiden van het stadje sluiten we aan op de gekanaliseerde
Schelde. We volgen het jaagpad op linkeroever en steken de rivier over bij de Pont de Bruay-sur-Escaut. Het jaagpad op
rechteroever eindigt als Rue du Noir
Mouton op de Avenue de Dunkerque (D169). Het monumentale station (Gare
de Valenciennes — Wikipédia) ligt vlakbij en is het startpunt naar ons
hotel in de Rue du Rempart. We worden
vriendelijk en vlot ontvangen. De fietsen mogen in het restaurant van het hotel
overnachten. Ze hebben het beter dan wij. In onze kamer hangt een wansmakelijk
chemisch geurtje. Het raam gaat meteen open. We hebben nog genoeg eten en
picknicken op de kamer. Mijn plan om de stad te verkennen stel ik een uurtje
uit, maar zodra het ophoudt met regenen, wil ik naar buiten. Mohannad heeft
geen zin om mee te gaan. Ik geniet van de frisse buitenlucht tijdens een korte
wandeling door de stad, langs de Place
d’Armes tot aan de Basilique
Notre-Dame du Saint-Cordon. Ik ben er toevallig verzeild geraakt en zou zonder
GPS de weg naar het hotel niet gemakkelijk terugvinden. Ik kies de kortste route
terug. Het is zwaarbewolkt. Af en toe valt een druppel.
 |
Mohannad, Denise, Johan. |
 |
Steenhuize gezien vanaf Moenebroek. |
 |
Rue Chemin de Scamps langs het kanaal Ath-Blaton. |
 |
Canal Ath-Blaton. |
 |
RaVel-ligne-78A. |
 |
Musée de l'Iguanodon de Bernissart. |
 |
La Fosse Ledoux. |
 |
Château de Bailleul, Condé-sur-l'Escaut. |
 |
De gekanaliseerde Schelde, Bruay-sur-l'Escaut |
 |
Het stadhuis van Valenciennes aan de Place d'Armes. |
28/07/2025: Valenciennes – Denain –
Neuville-sur-Escaut – Bouchain – Le Bassin Rond – Thun-l’Évecque – Ramillies –
Cambrai – Cantaing-sur-Escaut – Flesquières – Metz-en-Couture – Équancourt –
Moislains – Allaines – Mont Saint-Quentin – Péronne. (langs het Canal
de l’Escaut van Denain tot Cambrai, langs het Canal de Saint-Quentin van Cambrai tot Cantaing-sur-Escaut, langs
het Canal du Nord van Moislains tot
Allaines.)
Geen ontbijt! Geen
receptionist! “Hallo?”, en nog eens “Hallo?”. Een jonge man komt tevoorschijn.
“La ‘machine’ est en panne;”. Geen excuses, geen uitleg, geen oplossing. Zijn
arrogantie irriteert me. Hij laat ons in het ongewisse, loopt naar de balie en
trekt zijn jas aan. Pas wanneer ik boos word, zegt hij dat hij brood gaat
halen. De ontbijthoek oogt alsof niemand gereserveerd heeft: geen gedekte
tafels, enkele stoelen staan nog op hun tafel. Volgens mij was dat ventje gewoon
te laat op zijn werk. Er komen geen andere gasten. Het ontbijt is minimaal: een
paar stukken stokbrood, een croissant, boter en confituur. Terwijl we eten,
rookt hij buiten rustig een sigaret. Ik gun hem geen blik bij ons vertrek. We
halen boodschappen en verlaten de stad via de D169, noordwestwaarts richting
Scheldelinkeroever. In La Sentinelle passeren we aan het einde van de Rue
Gabriel Péri een fietstunneltje onder de A23. La Sentinelle (La Sentinelle -
Wikipedia) was oorspronkelijk de naam van een mijnschacht
die in 1818 opende. Rondom ontstond een gehucht met mijnwerkershuizen. De mijn
sloot in 1830, en twintig jaar later werd een oud mijngebouw omgevormd tot de Église Sainte-Barbe. De bijzondere
ontstaansgeschiedenis van het dorp ontdek ik pas later online, terwijl ik
uitzoek of we de gekanaliseerde Schelde hadden kunnen volgen. Via de Rue
Gustave Delory fietsen we door Hérin, langs een spoorweg door Oisy, en dwars
door Denain tot het blij weerzien met het Canal
de l’Escaut. Na een tiental kilometer onbezorgd fietsen, jaagt Google Maps
GPS ons terug de weg op. We mogen een stukje langs een beekje fietsen, dat
achteraf de Schelde blijkt te zijn. In het dorp Le Bassin Rond keren we terug
naar het jaagpad op linkeroever van het kanaal. Een pittoresk wandelpaadje leidt
ons verder, met een mooi zicht op Estrun. Bij sluis 5 verlaten we het kanaal
tot Thun-l’Éveque waar we bij sluis 4 het jaagpad op rechteroever weer volgen
tot aan de Chapelle des Martyrs du 19 mai
1940. De Avenue Albert I brengt ons tot de Porte Notre-Dame, een van de stadspoorten van Cambrai. We hebben
geen idee wat er in de stad te zien is en zoeken het ook online niet op. Bij de
Église Saint-Géry vraag ik naar het
centrum. We belanden op de Place Aristide
Briand, nemen een paar foto’s en trekken met een pakje friet naar het
stadspark, gekocht aan de Place Robert
Leroy. We verlaten Cambrai langs de Porte de Paris, fietsen door het Réserve Naturelle Régionale de l’Escaut en
volgen het Canal de Saint-Quentin van
sluis 1 tot sluis 2. We verlaten het kanaal en fietsen de rest van de dag tot
Péronne door een glooiend, verkeersvrij landschap, grotendeels over grind- en
veldwegen. Één keer is het zelfs makkelijker over een geoogst graanveld te
rijden. De veldweg, overgroeid met hoge grassen, is onberijdbaar. Een andere
keer zijn de bramen langs het bospad een marteling voor Mohannads benen. Ik
draag altijd een lange broek en heb er nauwelijks last van. We fietsen door
dorpjes zoals Containg-sur-Escaut en Flesquières. Het museum Cambrai Tank 1917 wil
ons herinneren aan de oorlog, (Centre
d'Interprétation Cambrai Tank 1917 - Communauté d'Agglomération de Cambrai). Maar hoe kan ik een
oorlog herinneren die ik niet hebt meegemaakt? We gaan niet verder dan de
inkomhal en gebruiken het sanitair. Mohannad is de oorlog in Syrië ontvlucht.
We spreken er niet over, ook niet over wat een oorlogsmuseum voor hem betekent.
Zuidelijker rijden we nog steeds door heuvelend landschap, tussen Havrincourt
en Tresault. De grindwegen zijn lastiger dan de zon, die zich meestal verschuilt
achter witte en grijze wolken. Op
hellingen stappen we soms af. Mohannad heeft pijn in zijn knie, vooral bij het
fietsen bergop. Gisteren had hij al zadelpijn. Dat is normaal als je niet
gewoon bent te fietsen. Ik zie dat hij soms staand fietst, misschien om de
zadelpijn te vermijden, maar wat nu misschien kniepijn veroorzaakt. Zadelpijn,
kniepijn, .... ik was vergeten dat ook jongeren hun kwaaltjes hebben. Na
Metz-en-Couture duiken tientallen windmolens op tussen de lage heuvels.
Equancourt, met nog geen 300 inwoners, ligt er vredig bij. Het is halfvijf en
er is geen verkeer! Niet dat de Fransen minder autorijden, maar als er geen
mensen zijn, is er ook geen verkeer! Een paradijs om te fietsen al stuurt Google
Maps ons soms langs lastige wegen. De meeste dorpjes hier halen geen 500
inwoners. De bevolkingsdichtheid van de streek is heel laag. Vredig en rustig?
Aan de horizon stijgt een kolkende zwarte rookpluim op. Eerst denk ik aan een
woningbrand, maar dichterbij blijkt het een hoop brandend afval aan de rand van
een veldweg op een geoogst graanveld. In de buurt ligt een grote stapel
strobalen. Niet verstandig om hier een vuurtje te stoken! We houden onze adem
in om door de rook te rijden. Niet veel later picknicken we langs het Canal du
Nord (Canal
du Nord - Wikipedia) ter hoogte van Rue du Canal in Moislains. Het
kanaal ligt een stuk lager dan de omgeving, onze fietsen staan boven. Mohannad
ligt in het gras, Céline Dion zingt, en ik kijk mijmerend over het water. Tot we
worden opgeschrikt door een roepende man bovenaan de steile kanaalberm. Ik
begrijp nauwelijks wat hij roept. Het klinkt beschuldigend. “Wat is het
probleem?”, roep ik terug, uiteraard in het Frans. Hij beweert dat we het maar
al te goed weten en wordt kwaad omdat ik doe alsof ik van niets weet. Maar ik
heb geen flauw benul waar hij het over heeft. Hij blijft brullen, tot ik mijn
geduld verlies en terugbrul. Natuurlijk is dat olie op het vuur! Hij gooit de
fietsen om. Verdomme! Straks kunnen we niet verder. Ik loop naar boven,
Mohannad volgt. Buiten adem vraag ik opnieuw wat er aan de hand is. Hij loopt
naar zijn auto, haalt een stok uit zijn koffer en komt dreigend naar ons toe.
Mohannad herkent de auto: het is de man van het vuur. De man zwaait met zijn
stok in de lucht, bedenkt zich, keert terug naar zijn auto en verdwijnt. Oef!
Ik heb even de schrik te pakken en moet bekomen. Was hij de man bij het vuur?
Mohannad is zeker en toont een foto van de brandstapel en de witte auto. Nu
hoor ik hem in mijn herinnering “pompier” roepen en begrijp wat er moet gebeurd
zijn. Iemand heeft de brandweer gebeld. Toen hij hier onze fietsen zag staan, moet
hij gedacht hebben de daders te hebben. Misschien heeft hij gezien dat we
foto’s namen? Was ik maar meteen naar boven gegaan ..... Maar ja, zo’n brulaap!,
wie is daar nu happig op? We rapen de fietsen op. Geen schade, ze rijden nog! Tijdens
het fietsen, merk ik dat mijn spiegeltje verdwenen is. Zinloze kosten door die
onnozelaar! Ter hoogte van de D184 kunnen we voor een kort stuk het jaagpad op,
maar bij de écluse n°10 moeten we er weer af. We fietsen door het dorp Allaines,
recht naar het zuiden, richting Péronne. Hoog tijd dat we op onze bestemming
zijn. Mohannad heeft veel pijn, wil rusten en heeft geen zin om mee op stap te
gaan. Ik zoek in het stadje de herinneringen aan mijn fietstocht van twee jaar
geleden.
 |
'Ugolin et ses fils' de Jean-Baptiste Carpeaux, Place de la Gare, Valenciennes. |
 |
Canal de l'Escaut, Pont de Bouchain. |
 |
Canal de l'Escaut. |
 |
Porte Notre Dame, Cambrai. |
 |
Place Aristide Briand, Cambrai. |
 |
Place Robert Leroy. |
 |
Porte de Paris gezien vanaf de Boulevard de la Liberté, Cambrai. |
 |
Canal Saint-Quentin, écluse n°2. |
 |
Musée Cambrai Tank 1917, Rue du Calvaire, Flesquières. |
 |
Canal du Nord, Moislains. |
 |
Canal du Nord, Moislains. |
 |
Allaines. |
 |
Stadhuis van Péronne, Place du commandant Louis Daudré. |
 |
Historial de la Grande Guerre. |
 |
Porte de Bretagne, Péronne. |
29/07/2025: Péronne – Éterpigny – Briost – Épénancourt
– Pargny – Béthencourt-sur-Somme – Rouy-le-Petit – Campagne – Haudival – Noyon.
(langs het Canal de la Somme en Canal du Nord van Péronne tot Noyon.)
Heb jij al eens
dubbel geboekt? Mij is het dus overkomen. Gisterenmorgen activeerde ik mijn
smartphone en kreeg meteen een foutmelding van Booking of iets in die aard. Ik
dacht dat mijn hotelreservering van de avond voordien mislukt was. Dus checkte
ik de website van Booking. De kamer die ik zogezegd geboekt had, bleek nog
beschikbaar. Ik reserveerde ze meteen. Pas daarna dacht ik eraan mijn
reservaties in de app te controleren ..... en zag dat ik twee kamers geboekt én
betaald had! Hoe stom van me! Weer zoiets waarvan ik dacht: dat overkomt mij
nooit. Die foutmelding kwam waarschijnlijk omdat ik de website van Booking de
avond voordien niet correct had afgesloten. ... Weet ik veel wat er precies
misliep. Ik belde meteen Booking om de situatie uit te leggen. Enfin, ‘meteen’,
... eerst het juiste nummer zoeken en dan geduldig wachten tot je iemand aan de
lijn krijgt. Dat duurt wel even. Ze toonden begrip voor mijn onhandigheid, maar
het is het hotel dat beslist of ze de foute boeking annuleren en terugbetalen. Gelukkig
garandeerde de hotelreceptioniste gisterenavond de terugbetaling. We kunnen
opgelucht vertrekken. Mohannad heeft nog steeds last van zijn knie. Zoiets
heeft zijn tijd nodig. Opgeven komt niet over zijn lippen. In de Action halen
we fysiotape, een verkoelende gel en castorolie. Ik vertrouw het niet helemaal.
Voor pijnbestrijding en kwaliteitsproducten zou ik eerder bij de apotheker
aankloppen. Mohannad denkt daar anders over. In elk geval: een pak goedkoper
dan bij de apotheek. Wat ook helpt, is een kniesparende vlakke rit langs
kanalen. De route van vandaag, van Péronne naar Noyon, is er zo ééntje! En hoe
zit het met de wind? De voorbije twee dagen was hij ons zeer gunstig gezind, maar
vandaag komt hij eerder uit het westen. We fietsen stroomopwaarts langs het Canal de la Somme (Canal de la Somme
— Wikipédia) parallel aan de rivier tot aan de aansluiting
met het Canal du Nord ten noordoosten
van Rouy-le-Grand. De Somme en haar kanaal gaan oostwaarts, maar wij moeten
zuidwaarts en nemen het jaagpad langs het Canal
du Nord tot Campagne, een dorpje met 150 inwoners. Slechts één onderbreking!
Iets ten zuiden van Libermont vraagt Google Maps ons het kanaal te verlaten.
Niet begrijpend waarom zoomen we in op de kaart. De blauwe lijn is onderbroken:
een kanaaltunnel dus! “Kom, we fietsen tot aan de tunnel. Waarom niet? Heen en
terug is maar één extra kilometer.” Mohannad is niet enthousiast. Ik dring aan.
Zo’n tunnel, niets bijzonders maar toch speciaal, moet je gezien hebben! We
picknicken en rusten uit bij de noordelijke ingang van de tunnel. Een binnenschip
komt traag aangevaren en past precies in de tunnelopening. (Souterrain de Panneterie: Canal
du Nord (France) — Wikipédia , Tunnel
Panneterie | Binnenvaart in Beeld). “De tunnel eet het
schip op”, zegt Mohannad. Wij kunnen er niet door en moeten de heuvel over.
Google Maps toont de weg en stuurt ons na enkele kilometers door een
aardappelveld! Ongelovig kijken we naar de kaart en het veld waar geen weg te
bespeuren is. We sleuren onze fietsen over het denkbeeldige pad tussen bos en
veld. Google Maps bevestigt dat we goed bezig zijn! Mohannads benen worden
gegeseld door bramen en takken. Vol schrammen en bloederig overleeft hij het
avontuur. Uiteindelijk bereiken we opnieuw het kanaal. En dan klinkt er
Arabische muziek naast mij, misschien om de jeuk van insectenbeten en schrammen
te vergeten. Mohannad zet af en toe een gezellig muziekje op. Het gemak van de
smartphone. Bij Campagne gaan we terug de weg op tot Haudival, en dan weer
langs het water tot Noyon. Geen hotel vandaag, maar een gezellig huisje vlak bij
de kathedraal, in de Rue Saint-Antoine. Mohannad wil koken. We verkennen te
voet de stad en halen boodschappen voor vanavond en morgen. Één aardappel vind
ik wat weinig! Ik leg een tweede in het mandje. De aardappelen worden in heel
kleine blokjes gesneden en gegaard in een pan, met fijngesneden ui en tomaat erbij.
Tenslotte nog vijf eieren. Wat zout en peper -andere kruiden vinden we niet in
de keukenkast- en klaar! Eenvoudig en lekker! Deze keer gaat Mohannad wel mee
op avondwandeling. De kathedraal, de vroeg zestiende eeuwse houten Bibliothèque du Chapitre, (La
bibliothèque du chapitre à Noyon, un trésor médiéval à préserver), de Place Bertrand
Labarre met het stadhuis en de Fontaine du Dauphin, maar vooral straten vol
prachtige oude huizen. Een gezellig, rustig stadje.
 |
Canal de la Somme. |
 |
Splitsing van Canal de la Somme en Canal du Nord ten zuiden van Béthencourt-sur-Somme. |
 |
Souterrain de la Panneterie, Canal du Nord. |
 |
Campagne. |
 |
Vakantiehuisje, Rue Saint-Antoine, Noyon. |
 |
Bibliothèque du Chapitre, Noyon. |
 |
Rue Sainte-Godeberthe, Noyon. |
 |
Place Bertrand Labarre, Mairie de Noyon. |
30/07/2025: Noyon – Pont-l’Évêque – Sempigny –
Ourscamp – Pimprez – Bailly – Saint-Léger-aux-Bois – (Forêt Domaniale de
Laigue) – Choisy-au-Bac – Compiègne – Verberie – Saint-Vaast-de-Longmont – La
Bordé – Raray – Senlis. (langs
een stukje van de Aine van
Choisy-au-Bac tot de monding in de Oise,
langs de Oise tot Compiègne en verder
tot Verberie.)
Na Pont-l’Évêque
kruisen we het Canal Latéral à l’Oise
en de gelijknamige rivier. We fietsen door Sempigny en komen aan een splitsing
met veel richtingsborden! Ik heb ze amper gezien, maar wel de kleine EuroVélo-3-sticker op een van de palen.
Heel Europa wordt doorkruist door EuroVelo-routes, veilige, grotendeels
bewegwijzerde fietsroutes, die langs interessante plekken voeren. (EuroVelo , Cycling
tourism: Pilgrims cycle route - EuroVelo - EuroVelo , Accueil
| EuroVélo 3). Ik heb er nog nooit één gereden maar ben wel
vertrouwd met hun bestaan. “Stop Mohannad.” Snel even googelen! De EuroVelo-3
loopt naar Parijs! Als ik alleen zou fietsen, was de beslissing al genomen nog
voor ik erover nadacht. Mohannad heeft nog nooit van deze routes gehoord. Ik
moet alles uit de kast halen om hem te overtuigen Google Maps te laten voor wat
het is en de EuroVelo-3 te volgen. Dat heeft gevolgen. Ik word gids en moet
voorop rijden. De 3-sticker leidt ons naar de Abbaye d’Ourscamp, (Abbaye
d’Ourscamp - Serviteurs de Jésus et de Marie). De ruïnes, van ver
zichtbaar tussen de bomen, doen me denken aan de abdij van Villers in Wallonië.
Maar hier is meer dan alleen steen. De abdij leeft! Er wonen 16 monniken en er
wordt volop gerestaureerd. Voor enkele euro’s krijgen we toegang tot het domein
met ruïnes en enkele in gebruik zijnde gebouwen, waaronder een gebedsruimte. Er
is zelfs mogelijkheid om te overnachten. De monnik bij de accueil vertelt dat ze eigenlijk religieuzen zijn en geen monniken.
Hij schetst de lange abdijgeschiedenis. Ik vrees dat het een even lang verhaal
wordt. Het verveelt me snel, en Mohannad nog meer, want hij begrijpt helemaal
geen Frans. Het lukt me de monnik ertoe te bewegen op de foto te gaan met Mohannad.
Een abdij, ook voor Europeanen steeds meer een wereldvreemd iets, is voor Mohannad
toch iets bijzonders, ook al heeft hij Syrische christenen onder zijn vrienden.
De EuroVelo-3 volgt niet het jaagpad langs het Canal latéral à l’Oise of de
rivier zelf, maar gaat door dorpen als Pimprez, Bailly, Saint-Léger-aux-Bois,
en voert ons kilometers ver door het
heerlijke Forêt Domaniale de Laigue. In
Montmacq ontbreekt elk spoor van de EuroVelo-3. Heb ik een bordje gemist?
Mohannad zoekt de schaduw op terwijl ik uitpluis waar het fout liep. Ik ben tenslotte
de gids nu! Ik fiets terug het bos in en ontmoet vier twintigers uit Antwerpen.
Ze zijn onderweg naar Parijs! Hoeveel toeval en geluk in één keer! We staan op
het kruispunt waar ik en Mohannad verkeerd reden, maar er is hier geen sticker
of bordje te bekennen. De Antwerpenaren volgen de gedownloade versie van de
route op hun smartphone en zijn zeker van hun weg. Terug op het juiste pad duiken
de EuroVelo-bordjes en stickers weer op. Na Choisy-au-Bac fietsen we langs de
Aisne en de Oise Compiegne binnen. We beseffen niet dat we op een straat na het
Château de Compiègne met zijn
uitgestrekte park missen. Echt waar! Het kasteel ligt op een boogscheut van de
rivier, en toch hebben wij het niet gezien! Compiègne is niet groot. Ter hoogte
van de Pont Louis XV, ben je vlak bij de Place
de l’Hôtel de Ville, een knus plein met veel groen. We picknicken met zicht
op het stadhuis met centraal in de gevel een standbeeld van Louis XII te paard.
De Euro-Velo-3-bordjes zijn we inmiddels uit het oog verloren. We vertrouwen
opnieuw op Google-Maps, en Mohannad is opnieuw kapitein. De Oise stroomt
zuidwaarts en maakt bij Verberie een scherpe bocht naar het westen. Water is
lui, zoekt de makkelijkste weg en stroomt nooit bergop. Zo zijn wij niet! Het
begint lichtjes te stijgen tot aan de kerk van Saint-Vaast-de-Longmont, en dan
komt de verrassing: een steil bospad! We moeten onze fietsen letterlijk met
gestrekte armen voor ons uit duwen. Het zweet gutst van mijn lijf. Om de tien
meter moet ik op adem komen. Ik overdrijf niet. De Oise zou nooit zo gek zijn
om omhoog te stromen, maar kent dan ook het plezier van de heuvels niet. De route
via Google Maps zorgt wel voor een rijke variatie aan wegen. Liever een bospad
dan een drukke onveilige expresweg. Nog een twintigtal kilometer tot Senlis. We
rijden door een vrij vlak landbouwlandschap. Het lijkt wel Vlaanderen. En daar
hoort een veldweg langs de autostrade bij, de A1 van Rijsel naar Parijs. We
logeren in het industriegebied tussen de A1 en het dorp Senlis. De nabijheid
van Parijs is voelbaar. De gemeente telt 15.000 inwoners. Dat klinkt druk en
ongezellig, maar het hotel is dat allerminst: een knus salon en restaurant met
de kamers in een apart gebouw. 20h, het is al laat. Voor het eerst blijf ik ook
op de kamer. Er is nog werk te doen. Ik boek de twee volgende nachten in de
buurt van Gare du Nord in Parijs.
 |
Abbaye d'Ourscamp. |
 |
Abbaye d'Ourscamp.
|
 |
Abbaye d'Ourscamp.
|
 |
Abbaye d'Ourscamp, Mohannad en een monnik.
|
 |
Forêt Domaniale de Laigue. |
 |
Langs de Oise vlak voor Compiègne. |
 |
Place de l'Hôtel de ville, Compiègne. |
 |
Mohannad langs de Oise. |
 |
Saint-Vaast de Longmont. |
 |
Château de Raray. |


31/07/2025: Senlis – Villemétrie – (Forêt Domaniale
d’)Ermenonville – Beaumarchais – Thieux – Compans – Gressy –– Paris. (Langs het Canal
de l’Ourcq van Gressy tot centrum Paris.)
We genieten met volle
buik nog even na in het kleurrijke huiselijke salon van hotel Campanile. Bij
een buffetontbijt eet je al snel wat meer dan gewoonlijk. Dat scheelt een halve
middagmaaltijd, J. Het stadje Senlis,
(Senlis
(Oise) - Wikipedia) bezoeken we niet, hoewel er best wat te zien
is: een indrukwekkende kathedraal, het Château Royal, een kunst- en
archeologiemuseum, een priorij, manoirs en herenhuizen en zelfs restanten van
een Romeins amphitheater, ....... Enfin, te veel om op te noemen. Wandel een
keer met Street View door het stadje, dan zie je het zelf wel. Wij hebben geen
tijd. Parijs wacht!. Mohannad neemt plaats achter het stuur. We rijden richting
Villemétrie en steken het riviertje Nonette over. Gelukkig neem ik af en toe
een foto, want anders had ik pas veel later gemerkt dat mijn smartphone verdwenen
was. Denk nooit: “Dat overkomt mij niet”. Het gebeurt in een onbewaakt moment, soms
onder bijzondere omstandigheden, .... Aan het brugje over de Nonette -We waren
daar even gestopt- vroeg Mohannad mijn smartphone. Ik keek wat rond, kwam terug
en dacht al niet meer aan de smartphone. Mohannad had hem argeloos op het
muurtje gelegd, onbewust, bezig zijnde, .... Hoe gaat dat? We vertrekken.
...... Een kilometertje verder voel ik een lege broekzak. Een secondje paniek.
We haasten ons terug! De smartphone ligt te zonnen op het brugje. Het voorval
is snel vergeten, overweldigd als we zijn door het Forêt Domaniale d’Ermenonville. Zulke uitgestrekte bossen hebben we
niet in Vlaanderen! Wij houden meer van beton! We zullen het ons ooit nog
beklagen. Kilometers fietsen door het groen zoals gisteren door het Forêt Domaniale de Laigue. Voorbij Beaumarchais,
een landelijk gebied met veel veldwegen en wat bos, komen we aan een grote
stortplaats. Het lijkt wel of hier enkele huishoudens zijn gedumpt. Een
paradijsje voor mij om in te snuisteren maar een schande voor de mensheid! Als
ik al een artistieke gave heb, dan is het rommel organiseren tot een kunstwerk.
De foto maakt een grote kans op een ereplaats in het Gentse SMAK. De drie
kerstballen uit de vuilnisbelt, waaronder een prachtige blauwe, hangen nu als
herinnering in mijn appartement. Misschien wonen de daders verderop. Her en der
in de bossen staan groepen caravans, mogelijk Roma. Het zijn miserabele
rommelkampen, althans zo komt het over. Maar een foute beschuldiging is snel
gemaakt en misschien zit ik fout. Opgelet met vooroordelen. Roma zijn gastvrije
en vriendelijke mensen althans, degenen die ik in juli 2004 ontmoette. Ik had
mezelf drie weken gegeven om naar Oloron-Sainte-Marie aan de voet van de
Pyreneeën te fietsen. Na twee weken was ik er al, en installeerde me voor een
week op een spotgoedkope gemeentecamping in Lasseube, in afwachting van Dirk en
Filip, die me een week later zouden oppikken voor een reis naar Portugal. Ik
was de enige kampeerder. Maar toen ik de volgende dag terugkwam van een tocht
naar de Col d’Aubisque en de Col du Soulor, stond de camping plots vol! Zware
auto’s: Mercedessen en Audi’s, met grote caravans, bijna woonwagens. Alles zag
er een beetje hetzelfde uit. Terwijl ik het besefte, kreeg ik het even benauwd.
Het waren Roma! Toch besloot ik kennis te maken met mijn buren. Ze bleken
bijzonder vriendelijk en boden me zelfs elektriciteit aan om mijn gesm op te
laden. De dag erna vertrok ik voor een uitstap naar Pau. Onderweg had ik geluk
met het weer, maar in Lasseube was het de hel geweest: een zwaar onweer met
hagelstenen zo groot als eieren. Toen ik ’s avonds laat terugkwam toonden de Roma
de schade aan hun auto’s en caravans, en foto’s van de hagelstenen. Mijn tent
stond onder water, alles nat! Ze zagen mijn miserie, maakten een camionette
leeg, gooiden er een matras in, en daar mocht ik slapen! Roma, gastvrije en
vriendelijke mensen. We blijven fietsen door landelijk gebied, tussen
verschillende dorpen door, steken via een brug de N2 over en rijden via Rue
Closme het dorpje Thieux binnen. De overvliegende vliegtuigen eisen onze
aandacht op. In Compans zou ik echt niet willen wonen. Je kunt er bijna de
belettering op de vliegtuigen lezen. Mohannad kondigt elk vliegtuig aan via
Flightradar24. (Flightradar24: Live Flight
Tracker - Real-Time Flight Tracker Map). Om de twee
minuten! Wat een hels lawaai! Als toerist is het eventjes leuk om een terrasje te
doen bij de patissier, maar wonen..... nee, bedankt. Ten zuiden van Gressy bereiken
we Canal de l’Ourcq, de groene ader die
ons tot hartje Parijs brengt. Nog 25 kilometer tot Quai de Valmy. Ik herinner
me mijn verbazing van twintig jaar geleden om Parijs nagenoeg verkeersvrij
binnen te fietsen. We herhalen de rit niet volledig. In Pantin ruilen we het
kanaal in voor de drukke Avenue Jean Lolive die overgaat in de Avenue Jean
Jaurés. Steeds rechtdoor, het kanaal over, tot aan de Gare du Nord. Vlakbij, in
een verkeersvrij stukje van de Rue de Dunkerque, vinden we de St Christopher’s
Inn. Er is veel volk. Het inchecken verloopt vlot. We mogen de fietsen meenemen
naar de kamer. De lift is kapot, dus de trap op naar de eerste verdieping. De
kamer is piepklein met een stapelbed. Langzaam dringt het door dat dit eerder
een hostel is. Ik maak me wat zorgen over het muziekgedreun dat opstijgt uit de
bar op de binnenkoer, onder een glazen koepel waar we op uitkijken. Het besef
dat de tocht erop zit, komt nog langzamer. Voor een culinaire afsluiter liggen
onze eetgewoonten te ver uit elkaar. Een vegetarische pizza zou een mooi compromis
zijn, maar Mohannad ligt al op het bovenste bed, ook wel door ruimtegebrek in
de kamer. Hij moet nog wat administratie doorworstelen voor zijn mama en weet
nog niet of hij zin heeft om de stad te verkennen. Misschien komt hij nog. Ik
picknick op de kamer en trek er alleen op uit. Ik ben benieuwd naar de Quai
Valmy, twintig jaar later. De herinnering aan de verkeersvrije kade langs het
kanaal lijkt nog vers, zoveel indruk maakte het toen op mij, misschien omdat
het in schril contrast stond met mijn beeld van Parijs toen. Ik verken Gare de
l’Est, wandel door de Jardin Villemin tot de kade. Overal zijn er mensen:
liggend, zittend, slenterend, ..... Ik ga op in de sfeer tot Mohannad belt. Hij
komt. Hopelijk wordt zijn hart warm van Parijs en wil hij meer dan alleen de
fietstocht ernaartoe.
 |
Hotel Campanile, Senlis. |
 |
Villemétrie. |
 |
Forêt Domaniale d’Ermenonville. |
 |
Forêt Domaniale d’Ermenonville. |
 |
Salon de thé. Bienvenue ! |
 |
de N2. |
 |
Rue Closme, Thieux. |
 |
Wat poept zo'n grote vogel op ons uit? |
 |
Château de Compans. |
 |
Teatime met frisdrank en taart in Compans. |
 |
Canal de l'Ourcq. |
 |
Canal de l'Ourcq. |
 |
Canal de l'Ourcq. |
 |
Canal de l'Ourcq. |
 |
Gare del'Est, Paris. |
 |
Jardin Villemin. |
 |
Jardin Villemin. |
 |
Quai de Valmy, Paris. |
 |
Quai de Valmy, Paris. |
01/08/2025: Paris –
Zottegem. Het muziekgedreun van gisterenavond bleef maar
doorgaan, ondanks de belofte van de hotelreceptioniste dat het om 23h30 zou
stoppen. Pas om 1h ’s nachts keerde de stilte terug. Nog een nacht blijven is
onmogelijk, zeker omdat de muziek in het weekend nog langer doorgaat. Als
Mohannad Parijs écht wil zien, boek ik voor vannacht een ander hotel. Ik heb de
grote monumenten van Parijs al meerdere keren gezien. Voor mij hoeft het niet.
Maar Mohannad kaatst de bal terug. Als Booking de verloren nacht terugbetaalt,
mag ik een ander hotel reserveren. Hoewel het vrijwel zeker is dat er geen
terugbetaling komt, stel ik toch de vraag aan Booking. Het plan loopt al snel
vast want het hotel moet akkoord gaan. Helaas, zo meldt de telefoniste,
reageert het hotel niet haar oproep. Ik probeer het rechtstreeks aan de balie.
Terugbetaling is uitgesloten, zelfs het ontbijt morgen wordt niet vergoed,
hoewel dat niet via Booking is besteld. Schandalig! Zo flexibel is de jeugd
niet! Ik zeg tegen Mohannad dat we nu dubbel zoveel gaan ontbijten ter
compensatie. Maar de vraag of hij Parijs wil zien, blijft onbeantwoord. We
trekken naar het nabijgelegen Gare du
Nord om treintickets te reserveren. Ik heb de terugreis met fiets al eerder
gedaan en vraag meteen tickets voor twee personen en twee niet-demonteerbare
fietsen via Amiens naar Lille. De loketbediende schuift me een QR-code toe om
de fietsplaatsen online te reserveren. Ironisch: ik kom net naar het station om
onlinegedoe te vermijden, en nu dit. Tot mijn verbazing moeten we sinds 6 juli
wél reserveren voor de fietsen terwijl dit eerder in juni niet moest. Ik
probeer de online reservering met QR-code maar het lukt niet. De loketbediende
neemt het van mij over en slaagt er ook niet in! Haar collega merkt op dat de trajecten
Paris-Amiens en Amiens-Lille afzonderlijk gereserveerd moeten worden. Het lukt
haar wel maar er is vandaag geen fietsplaats meer beschikbaar “Et demain?”,
vraag ik. Ze zoekt verder, vraagt opnieuw assistentie. Haar collega wijst erop
dat er vandaag om 17h30 wél nog een trein naar Amiens rijdt waarvoor geen
fietsreservatie nodig is. Tiens! Die trein heb ik niet gezien op de SNCF-app.
Ik beslis: we nemen die trein. Niet veel later spuwt een printer onze tickets uit.
We hebben nog zes uur om Paris à vélo
te verkennen. We halen onze fietsen van de hotelkamer. Ik stel één voorwaarde:
ik wil een foto bij de Eiffeltoren, zoals twintig jaar geleden. Onderweg naar
de fotosessie claimt het 19de eeuwse Magasins du Printemps (Printemps
Haussmann — Wikipédia , Printemps.com - Mode homme, femme
et beauté de luxe) met zijn rijkelijk versierde koepels alle aandacht.
We bezoeken het winkelcentrum niet, maar onze nieuwsgierigheid gaat naar de
zwarte Griekse tempel aan het einde van een zijstraat. La Madeleine, (Église
de la Madeleine — Wikipédia) aan de Place
de la Madeleine. De voorgevel van de kerk is kraaknet, vrij van alle roet
en vuil. De witheid doet pijn aan de ogen in volle zon. Van hieruit is de Obélisque de Louxor, (Obélisque
de Louxor — Wikipédia) op de Place
de la Concorde te zien. Bij de fonteinen nemen we foto’s en publiceren ze
op Polarsteps. Het is logisch dat we daarna door de Jardin des Tuileries wandelen tot het Musée du Louvre. We steken nadien de Seine over tot de Cathédrale Notre-Dame. Het plein staat
vol, de wachttijd voor een bezoek is lang. Maar het is ook niet onze bedoeling
Parijs grondig te leren kennen. Een uitnodigende indruk voor een volgend bezoek
volstaat. We zijn niet de enigen die
Parijs per fiets ontdekken. Een gegidst groepje Nederlanders op rode Hollandse
fietsen houdt halt. Wij zetten onze tocht verder langs het Hôtel de Ville en naar Place
des Vosges. De tijd dringt, keuzes moeten gemaakt worden. Mohannad heeft al
van de Champs-Élysèes gehoord, maar weet niet wat hij zich erbij moet voorstellen.
En de Eiffeltoren is nog steeds niet afgevinkt. Aan de Pont Notre Dame dalen we de trap af naar de verkeersvrije kade Voie Georges Pompidou, pal aan de Seine.
Heerlijk om hier te fietsen. De kade is een oase van rust. Na de Pont Neuf en vóór de Pont des Arts duiken we een vroegere
autotunnel in. De Tunnel des Tuileries
is nu exclusief voor fietsers en voetgangers. Het 800 meter lange street-art
parcours, ondergedompeld in het blauwig tunnellicht is bijzonder. (Tunnel
des Tuileries - Wikipedia , À
Paris, le tunnel des Tuileries devient un géant parcours de Street Art). Parijs is
duidelijk fietsvriendelijker geworden. Veel straten hebben brede fietspaden (piste cyclable) met twee rijrichtingen. Ter
hoogte van de sierlijke Pont Alexandre
III verlaten we de kade en begeven ons naar de Champs-Élysées. “Waar
zijn de winkels?” vraagt Mohannad. We rijden richting Arc de Triomphe en gaan te voet verder zodra de luxewinkels met brede
trottoirs opduiken. Rond de Arc de
Triomphe fietsen, doe ik geen tweede keer. Het is levensgevaarlijk
gekkenwerk. We keren rechtsom, nemen de Avenue George V en steken de Seine over
naar de Tour Eiffel voor een derde
fotosessie: het symbolische einde van onze fietstocht. Er rest ons niet veel
tijd meer. Mijn stress neemt toe. We zetten koers richting Gare du Nord, moeten nog eten en de bagage ophalen in het hotel. Ik
ben aangenaam verrast door het Syrisch restaurant Brocart in de Rue de Maubeuge, een keuze van Mohannad. Terwijl ik
de fietsen vastzet, bestelt hij falafel en shoarma. Om tijd te winnen haal ik
voor de treinreis bananen en fruitsap bij Carrefour City aan de overkant (Sorry,
Mohammed, als je dit leest). We eten haastig. Ik ben altijd bang dat er iets misloopt
en we de trein missen. Maar alles verloopt vlot, ook het ophalen van de bagage.
En was er niet zoveel volk in en rond Gare
du Nord, dan hadden we vanop straat de trein kunnen binnenrijden! Op de
trein worden we door de SNCF verwelkomt in het Nederlands. In België is dat
door de taalwetten iets complexer. 17h30: Het station beweegt, we zijn
vertrokken richting Amiens. Ook hier hebben we geen (rol)trappen of liften
nodig. De eerste keer dat we onze fietsen moeten optillen is in Lille-Flandres,
om op de Belgische trein te stappen. 22h45: aankomst in Zottegem.
 |
Magasins du Printemps, Parijs. |
 |
Magasins du Printemps.
|
 |
La Madeleine, Parijs. |
 |
La Madeleine. |
 |
La Place de la Concorde, Parijs.
|
 |
Jardin des Tuileries. |
 |
Jardin des Tuileries, Arc de Triomphe du Carrousel. |
 |
Musée du Louvre. |
 |
La Seine. |
 |
La Place des Vosges. |
 |
La Voie Georges Pompidou. |
 |
Le Tunnel des Tuileries: vroeger een autotunnel, nu een fiets- en voetgangerstunnel. |
 |
Le Pont Alexandre III. |
 |
Le Tour Eiffel. Johan en Mohannad. |
Voor reacties: vanhecke1965@skynet.be
Het lijkt erop dat het een prachtige reis was.
BeantwoordenVerwijderen