Van Aken via het Drielandenpunt naar Luik.
21/03/2022: Troisvierges – Sankt-Vith. Na Luik klimt de stoptrein in het dal van de Ourthe
langs de stations van Angleur, Esneux en Poulseur naar Rivage om vervolgens in
het dal van de Amblève ook te stoppen in de dorpen Aywaille, Coo en
Trois-Ponts. Tenslotte sporen we door het dal van de Salm naar Vielsalm en
verder naar Gouvy en Troisvierges. Bijna in Gouvy valt de trein stil. Het treinpersoneel
houdt er de spanning in en het duurt enige tijd vooraleer we op de hoogte
gebracht worden dat de trein defect is. De conducteur kan niet zeggen voor
hoelang. Na twee uur komt een andere trein de defecte trein wegslepen terug
naar Vielsalm. Omdat het ene spoor door de defecte trein geblokkeerd is, moet
alle treinverkeer over één spoor. Het weer is zonnig warm en niemand lijkt het
wachten op de volgende trein vervelend te vinden. Mijn oorspronkelijk plan om
van Gouvy naar Troisvierges te fietsen geef ik op en reis mee tot Troisvierges
ook al is mijn treinticket maar geldig tot Gouvy. Een paar uur later dan
gepland kan ik eindelijk de Vennbahn op. Het was een tip van Kristof om niet in
Aken te starten. Troisvierges ligt immers bijna 300 meter hoger dan Aken. En ik
heb gewacht op een windje uit zuidelijke richting. De condities zijn dus
uitstekend om met gemak de Vennbahn te fietsen. Bovendien verwacht ik van een
oude spoorlijn dat ze vlak is met hooguit zachte hellingen net zoals de
spoorlijn van Luik naar Troisvierges door de valleien van de Ourthe, de Amblève
en de Salm. De route volgt niet meteen de oude spoorlijn en start met een steil
kort klimmetje. De eerste kilometers zijn heuvelend en bochtig maar eens op de
oude spoorlijn gaat het zachtjes stijgend richting de vleermuistunnel. We
moeten een bypass nemen om de vroegere spoorwegtunnel heen en stijgen
vervolgens traag verder tot een hoogte van 550 meter. Net over de grens Luxemburg-België
kom ik aan het vroegere station van Lengeler. Het was een belangrijk station op
de spoorlijn Troisvierges – Sankt-Vith dat in 1889 ingehuldigd werd. De
enkelsporige baan was van belang voor het grondstoffentransport van het Akense
kolengebied naar het Luxemburgse ijzerertsbekken. In 1962, amper 70 jaar later
ging de lijn definitief dicht. Van op de Vennbahn kijk je over de daken van
Burg-Reuland met aan de overkant op de heuveltop de burchtruïne Reuland. We
dalen verder tot het riviertje de Our. Vanaf kort na het dorpje Auel (BE) vormt
het riviertje de grens tussen België en Duitsland. We kruisen de Our vier keer
en komen op die manier eventjes in Duitsland ook al is de Vennbahn Belgisch!
Voor Lommersweiler (BE) verlaten we het riviertje, een tunneltje door en klimmen
zachtjes verder naar Neidingen en Sankt-Vith op 520 meter hoogte. Sankt-Vith is
een modern en net stadje. Het werd tijdens het Ardennenoffensief van WOII
volledig verwoest! Het duurde tot in de jaren 60 van de vorige eeuw vooraleer
het weer heropgebouwd was. Hun enig overgebleven historisch gebouw is de
Büchelturm. Mijn eerste fietsrit zit erop. Het is halfzeven als ik aan het Bed
& Bike-hotel Berliner Hof in de Pulverstraβe aankom. Ik geef de code in die
ik gisteren per mail onmiddellijk na betalingsbewijs heb ontvangen. Oeps, er
opent zich één van de kleine kluisjes naast de deur. Er ligt een plastickaartje
in waarmee ik zowel toegang tot het hotel als mijn kamer heb. Er is geen
receptie. Overal ligt er vasttapijt. Het is muisstil. De kamerdeur valt met een
gedempte plof dicht. Het stoffen zeteltje met zeer hoge rug zet de stijlvolle
en huiselijke inrichting van de kamer extra in de verf. Wel een uur lang geniet
ik van kommerloze rust en de geruststelling dat de tocht volledig zal lukken.
De Vennbahn is uitstekend bewegwijzerd. Nergens hoefde ik een kaart of de
vooraf opgezochte informatie te raadplegen. En de inspanningsgraad op een
schaal van één tot vijf haalt met moeite twee. Het is echt een luxefietsritje.
Om nog veel te wandelen heb ik geen zin. Ik zit liever rustig binnen in restaurant
‘An den Linden’, in de gelijknamige straat. Pfifferlingsuppe, Lachsfilet mit
frischer Spargel hollandaise und kartoffelgratin en tenslotte chocolat
moeulleux.
[8h50: vertrek met de trein
in Zottegem naar Gouvy met overstappen in Brussel-Zuid en Luik. 12h20: trein
defect net voor Gouvy. 14h33: vertrek met vervangtrein in Vielsalm. 15h: Start
van de Vennbahn in Troisvierges. 16h10, 15 km, Lengeler Bahnhof. 18h30:
Sankt-Vith, Berliner Hof. Totaal 40 km]
|
De ter hulp gesnelde trein gezien vanuit de cockpit van de defecte trein tussen Vielsalm en Gouvy. |
|
De spoorweg in Troisvierges gezien vanop het heuveltje na de steile klim aan het begin van de Vennbahn. |
|
De eerste kilometers van de Vennbahn zijn heuvelend. |
|
België na Huldange, het laatste Luxemburgse dorp langs de Vennbahn. |
|
Het Belgisch grensdorpje Lengeler gezien vanop de Vennbahn. |
|
Het dorpje Burg-Reuland gezien vanop de Vennbahn. Op de achtergrond de burchtruïne Reuland. |
|
Het riviertje de Our nabij het dorpje Steffeshausen. De Vennbahn volgt het riviertje tot voorbij het Duitse gehucht Hemmeres. |
|
Het riviertje Our in het Duitse gehucht Hemmeres. |
|
Net na Hemmeres vertrekt een fietspad naar Steinebrück (1 km) en Prüm (28 km). De Vennbahn loopt verder naar Neidingen (3,5 km) en Sankt-Vinkt (8 km). |
|
De spoorwegtunnel tussen Lommersweiler en Neidingen. |
|
Het vroegere spoorwegstation van Sankt-Vith, nu het lokaal historisch museum 'Zwischen Venn und Schneifel'
|
22/03/2022: Ik heb niemand in het hotel gezien, geen personeel
of andere hotelgasten. Ook de reservering verliep zonder contact met mensen. Het
bevalt me wel dat alles voor een keer digitaal en elektronisch is. In de
infomap op de hotelkamer staat alle informatie, ook waar je kan ontbijten in de
stad. Ik haal mijn fiets uit de garage en drop de plastickaart in de brievenbus.
In de supermarkt vlakbij sprokkel ik zelf een ontbijt samen, slalom naar
beneden tot de Vennbahn op zoek naar een picknickplaats. Een drietal kilometer
na Sankt-Vith zetten we de nauwelijks voelbare daling in naar het riviertje de
Amel (Amblève) bij Montenau. Bij Born vertrekt het twintig kilometer lange
fietspad RaVel-ligne 47a naar Vielsalm, eveneens een oude spoorlijn. Na
Montenau is het ‘vals plat’ zoals het in de wielersport heet, en moet er
opnieuw ietsjes harder geduwd worden. Met de wind mee is het amper voelbaar. In
Waimes start de RaVel-ligne 45 naar Malmedy, Stavelot en verder tot
Trois-Ponts. Tot Malmedy is het slechts 8 km en zonder veel nadenken begin ik
aan het ongeplande uitstapje. De oude spoorlijn volgt de loop van het riviertje
de Warchenne dat in Malmedy uitmondt in de Warche. Amper twintig minuten later
ben ik op mijn bestemming. Het stadje ligt 150 meter lager dan Waimes. Een
picknick en een wandeling door de centrumstraten, meer omhelst mijn bezoek aan
Malmedy niet. En dan dezelfde weg terug naar de Vennbahn, gestaag ‘vals plat’
maar niet al te lastig. Ik heb nu meer tijd om rond te kijken, neem af en toe
een pauze en ga een keer languit in het gras liggen. Het mag meer zijn dan
fietsen alleen. De omgeving is geweldig. Voor Weywertz start de RaVel-ligne 46,
een aftakking van de Vennbahn die via Bütgenbach naar Losheimergraben aan de
Belgisch-Duitse grens loopt. De fietsroute loopt verder in Duitsland naar Trier
onder de naam Kyllradweg, 120 kilometer lang. Aan het vroegere station van
Sourbrodt, het hoogste punt van de Vennbahn en op minder dan tien kilometer van
het bekendere Baraque Michel, staat een oude locomotief tentoongesteld en zijn
de restanten van een spoorwegdraaischijf te zien. De Vennbahn loopt hier ten
oosten van de Hoge Venen en weldra bereik ik Duitsland. Als je niet oplet
schiet je voorbij Monschau (Montjoie). Er is immers langs de Vennbahn niets te
merken van het pittoreske dorpje behalve het onopvallende vroegere Monschau
Bahnhof waar een fietsbordje richting centrum staat. Na drie kilometer stevig dalen
naar de vallei van het riviertje de Roer sta ik midden in het sprookjesdorp
gelegen tussen beboste steile flanken. Het is niet de eerste keer dat ik hier
ben. Toen ik les gaf in het KAZ begeleidde ik samen met andere collega’s
verschillende jaren de driedaagse GWP voor de vierdejaarsleerlingen. Op weg
naar Trier bezochten we in het voorjaar van 2007, 2008, 2009 en 2010 de
glasblazerij van Monschau. Daarna stond een wandeling naar de burchtruïne op
het programma en konden de leerlingen het dorp ook op eigen houtje verkennen.
Volgens de notitieboekjes van mijn ma zijn we op 19 mei 1995 gestopt in
Monschau. We waren op weg naar Gunderath voor weekje vakantie. Het is
fantastisch hier met de fiets terug te komen. Vooraleer mijn hotel op te zoeken
wandel ik door het dorp. Het Besttime Hotel is gelegen aan de Bergstraβe. De
receptioniste, een oudere dame spreekt gebrekkig Duits, vraagt mijn
identiteitskaart en controleert de reserveringsgegevens. De schrik slaat om
mijn hart als ze mijn covidpas vraagt. In Duitsland is er nog steeds
mondmaskerplicht in winkels, restaurants, hotels, ... en in de horeca moet een
covidpas voorgelegd worden. Verdorie daar heb ik helemaal niet aan gedacht. De
covidpas is uit mijn portefeuille verdwenen zodra het in België niet meer
verplicht was en op mijn smartphone heb ik geen digitale versie. Als ze mij
weigert dan sta ik op straat en waar kan ik op dit late uur nog heen? Er is
geen station in Monschau. Heeft ze mijn paniek gemerkt? Ik weet het niet. In
ieder geval mijn opluchting dat ik kon blijven wel, na haar telefoontje naar
weet ik veel wie. Zelfs onder de douche kan ik de gedachte niet uit me wegbannen
en ik blijf maar denken hoe stom van me de coronamaatregelen in Duitsland niet
te hebben nagekeken voor mijn vertrek. Nu ja, als het in het hotel lukt zonder
covidpas dan straks ook in de restaurants. Drie restaurants probeer ik maar
nergens mag ik binnen zonder covidpas. De Duitsers tonen zelfs hun
identiteitskaart samen met hun covidpas. Dat heb ik bij ons in België nooit
gezien. Ik heb op mijn hotelkamer de restjes van mijn picknick gegeten en dat
was ook lekker. Er zit niets anders op dan morgen na aankomst in Aken meteen
met de trein te vertrekken.
[Vertrek Sankt-Vith: 10h,
teller op 40 km // Born: 10h40, 48 km //
Waimes: 11h30, 58 km // Aankomst Malmédy: 11h50, 66 km //
Vertrek Malmédy: 12h30, 68 km
// Waimes: 13h30, 76 km //
Monschau: 17h, 105 km. // 18h: ingecheckt Besttime Hotel. Totaal:108
km]
|
De waterscheidingslijn tussen het stroomgebied van de Rijn en de Maas. |
|
Het spoorwegviaduct, de 'Freiherr von Korff-Brücke' in Born werd in 1916 gebouwd, is 285 meter lang, 18 meter hoog en telt 11 bogen. In Born vertrekt de RaVel-ligne 47a, een fietsaftakking van de Vennbahn naar Vielsalm (20 km). |
|
Het spoorwegstation van Waimes, vroeger en nu. Hier vertrekt het fietspad RaVel-ligne 45 naar Malmedy (8 km), Stavelot en Trois-Ponts (21 km). |
|
Malmedy. |
|
Malmedy. |
|
Het vroegere station van Sourbrodt. |
|
Het restant van de spoorwegdraaischijf aan het station van Sourbrodt. |
|
Het riviertje Roer (Duits: Rur) in Monschau. Het brongebied van het riviertje ligt in Sourbrodt. De Roer mondt uit in de Maas in het Nederlandse Roermond. |
|
Monschau. |
|
Monschau. |
23/03/2022: Bij mijn vertrek om 10h is het nog vredig rustig
in Monschau. Het watergeruis van de Roer dringt tot diep in de steegjes om zich
heen, tot het straks overstemt wordt door toeristenrumoer. Het is klimmen,
soms te voet tot op de Vennbahn. Opnieuw op Belgisch grondgebied! Inderdaad de
volledige Vennbahn is Belgisch. Bij het Verdrag van Versailles in 1919 werd
beslist de bedding van de spoorlijn, de stations en de technische installaties
op Duits grondgebied aan België toe te wijzen. Ook al is de Vennbahn al lang
geen spoorlijn meer, het is nog steeds Belgisch grondgebied. Van Monschau naar
Aken is het vlak tot lichtdalend. Het gaat vooruit. Tussen Konzen en
Lammersdorf vormt de Vennbahn de landsgrens tussen België en Duitsland. Na
Roetgen gaat de Vennbahn nog even over de grens naar het Belgische Raeren en
terug naar Duitsland. Vanaf hier loopt de oude spoorlijn door verstedelijkt
gebied tot de rand met Aken. Zodra de bordjes Hauptbahnhof in zicht zijn, fiets
ik naar het station en het nabijgelegen Bestprice Hotel, Römerstraβe. Intussen
heb ik de covidpas van mijn broer. Ik had het hele voorval van gisteren gesmst
naar mijn schoonzus Inneke en bij wijze van grap de covidpas van mijn broer
gevraagd die zij prompt doorstuurde. Het is het proberen waard. Ik geef mijn
identiteitskaart aan de jonge receptioniste van buitenlandse afkomst. Als alles
geregeld en betaald is, vraagt zij alsnog de covidpas. Zij bekijkt het seconden
lang maar scant de QR-code niet in en zegt dat het in orde is. Dat ging toch
wel heel vlotjes. Zodra ik op de kamer ben, bekijk ik de mogelijkheden om
morgen naar Luik te fietsen. Nu de rit van Troisvierges naar Aken probleemloos
verlopen is, heb ik wel zin in een extra rit. Bovendien waait de wind morgen
van uit het gunstige noordoosten. Alleen tot het drielandenpunt lijkt het niet
zo eenvoudig maar verder kunnen fietsknooppunten gevolgd worden. Ik trek de
stad in, langs het theater, de Elisenbrunnen met de Kaiserquelle, door de
Elisengarten naar de Markt. Het is rumoerig druk en aangenaam warm in de stad.
De terrassen zitten vol. Het is lente! Ik was al meerdere keren in Aken en vind
vrij snel mijn weg. Tijdens de jaren 2005 tot en met 2009 stond Aken op het
GWP-programma van de vierdejaars. Op 4 juli 2008 hielden Alexis en ik een korte
stop in Aken. We waren met de fiets op weg naar Keulen. Op 18 augustus 2011 was
ik met Kurt in Aken tijdens een weekje fietsen in de Voerstreek. Ik vermoed dat
dit de laatste keer was. Zonder problemen kan ik met de covidpas van mijn broer
een tafeltje bemachtigen in het Turkse restaurant ‘Konak’ in de Pontstraβe.
Nadat de laatste winkels om 20h hun deuren sluiten loopt de stad leeg vooral
omdat het snel koud wordt. Na een lange avondwandeling zit er niets anders op dan
naar het hotel terug te keren.
[9h30: vertrek aan hotel.
10h, 110 km: vertrek uit Monschau. 15h15, 162 km: Bestprice Hotel. 18h:
restaurant Konak. 20h30: terug in het hotel. Totaal: 162 km]
|
Op weg naar Aken gaat de Vennbahn nog een stukje over Belgisch grondgebied langs het vroegere station van Raeren. |
|
Het dorpje Walheim ligt op 10 kilometer van Aken. |
24/03/2022: In de Bio-supermarkt op de Theaterplatz haal ik
ontbijt en picknick voor de hele dag. Terwijl ik naar de Markt fiets kijk ik
uit voor fietsbordjes richting Drielandenpunt maar vind niets. Ook gisteren
tijdens mijn avondwandeling heb ik geen bruikbare bordjes gezien. Ik zou op
kompas kunnen fietsen en de weg vragen wat avontuurlijker en leerrijker is dan
de GPS. Uiteindelijk is het maar een achttal kilometer in zuidwestelijke
richting. Om niet op al te gevaarlijke wegen terecht te komen, start ik
veiligheidshalve toch de fiets-GPS op. Het toestelletje vastgeklikt op mijn
stuur, stuurt me van de Jacobstraβe naar de drukke Vaalserstraβe met
afgescheiden fietspad, de Alte Vaalserstraβe en de Akenerstraat naar het
Nederlandse Vaals aan de voet van de Vaalserberg. Het is stevig klimmen langs
de Viergrenzenstraat, de berg op naar het Drielandenpunt op een hoogte van 322
meter. Ik kom voorbij de Wilhelminatoren op Nederlands grondgebied en wat
verderop aan de Boudewijntoren op Belgisch grondgebied. Ik ben aan een
uitgebreid ontbijt toe en zoek een zonnig plekje in de bosrijke omgeving. In de
afdaling langs de Route des Trois Bornes op weg van fietsknooppunt 91 naar 3
kom ik op de RaVel-ligne-39 met fietsbordjes naar Luik. In Plombières sluit de
RaVel-ligne-38 naadloos aan op de Ligne-39. De hele route naar Luik is
uitstekend bewegwijzerd. Ik mag mijn spiekbriefje met fietsknooppunten
opbergen. De oude spoorlijn slingert door de heuvels langs het vroegere station
van Hombourg, de Siroperie Meurens in Aubel, het dorpje Thimister, het Fort van
Battice, de dorpen Herve, Soumagne, Fléron en tenslotte Chénée aan de monding
van de Vesdre in de Ourthe. Op amper vier kilometer steek ik drie rivieren
over, de Maas als laatste. Eens op de kade ‘La Passerelle La Belle Liégeoise’
is het bekend terrein. Ik wandel tot de Pont J.F.Kennedy en duik de stad in. Na
bijna zeventig kilometer wil ik wel iets stevigs eten. In restaurant ‘Le
Quartier Latin’, Rue Saint-Paul krijg ik een groot bord vol-au-vent met
frietjes voorgeschoteld. Ik heb moeite met de portie, een dessert is niet
nodig.
[9h30: vertrek uit Aken.
10h15-11h, 172 km: Drielandenpunt, picknick. 17h, 232 km: aankomst in Luik aan
Passerelle. 18h30: restaurant ‘Le Quartier Latin’. 20h: vertrek met trein.
22h30: thuis. Totaal: 242 km.]
|
Een bordje voor Luik vlakbij het Drielandenpunt. |
|
Langs de Route des Trois Bornes, tussen fietsknoopunt 91 en 3 start de RaVel-ligne 39. |
|
Fietsknooppunt 32 aan de Vesdre in Vaux-sous-Chèvremont op 7 kilometer van Luik-centrum. |
|
Pont de Fétinne over de Ourthe aan de monding in de Maas en de Sint-Vincentiuskerk. |
|
Zicht op het zuidelijkste punt van het eilandje Outremeuse tussen Maas (links)en het afwateringskanaal (rechts). (Outremeuse - Wikipedia) |
Voor reacties of vragen: vanhecke1965@skynet.be
Geen opmerkingen:
Een reactie posten